Paul Somohardjo, voorzitter van de Pertjajah Luhur (PL), heeft op 5 mei negen kernen geïnstalleerd in het PL-centrum. Deze kernen bevinden zich in de ressorts Kwatta, Munder en de Leidingen, en staan onder leiding van Natasjah Mohansingh. Opmerkelijk is dat deze kernen overwegend van Hindoestaanse komaf zijn.

Volgens Somohardjo bewijst dit voor de duizendste keer dat de PL, met haar sociale kracht, geen etnische partij is, maar een partij voor eenieder. “De PL is nooit etnisch bezig geweest, hoewel het, net als alle andere partijen, een etnische basis heeft, met name de Javanen,” benadrukt de PL-voorzitter.

Hij herinnert eraan dat de partij zowel in het verleden als in het heden niet-Javanen naar voren heeft geschoven in de politieke top, zoals Sylvia Kajoeramarie (assembleelid), Sandra Lee (assembleelid), Michel Jong Tjie Fa (minister), Diepakkoemar Chitan (assembleelid), en Abigail Lie A Kwie (onderminister). “De PL heeft nooit de intentie gehad om niet-Javaanse leden en sympathisanten te misbruiken als een ladder, springplank of een muurbloempje. We beschouwen niet-Javanen als volwaardige leden, met een politieke toegevoegde waarde.”

Somohardjo benadrukt dat zijn partij een nationale partij is, en dat ze dit niet alleen met woorden belijdt, maar ook met daden. Dit is wat de rood-witte partij bedoelt met “Halal politiek”: een rein geweten en oprechtheid.