Het ministerie van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerkimg (Bibis) gaat zich buigen over het verzoek van de veroordeelde broers Naarendorp die zich gedupeerd voelen door de Belgische justitie. Zo laat het ministerie in een brief van 22 juli aan een vertegenwoordiger van hen weten.
Tekst Ivan Cairo
Beeld privécollectie
De drie mannen hebben om informatie van de Surinaamse autoriteiten gevraagd ter ondersteuning van hun juridisch proces. De broers, die leiding gaven aan reisorganisatie Exann, zijn samen met twee Nederlandse vrouwen door de rechtbank van Antwerpen tot gevangenisstraffen veroordeeld op beschuldiging 71 Surinamers naar België te hebben gesmokkeld.
“Schandalige ongrondwettelijke handelingen van deze vier officieren, maar rechtvaardigheid zal overwinnen”
Zij richtten de afgelopen maanden verzoeken aan Bibis om informatie die ondersteunend kan zijn in hun juridische verdediging. De mannen waren erg teleurgesteld dat, ondanks herhaaldelijke brieven, zij geen reactie kregen en ook consulaire bijstand van de Surinaamse ambassade in België was uitgebleven.
Optimistisch, blij en opgelucht
In de brief van 22 juli schrijft Bibis-directeur Luziano Truideman dat het ministerie alle aandacht geeft aan deze zaak en die heeft voorgelegd aan het Openbaar Ministerie (OM). Het wachten is op advies van het OM voor het ondernemen van vervolgacties.
Iwan Naarendorp, één van de veroordeelden, zegt tegen de Ware Tijd “zeer optimistisch, blij en opgelucht te zijn, want de stem van de hulpbehoevende burger heeft aandacht gekregen”. Hij voegt eraan toe dat nu Bibis de zaak heeft voorgelegd aan het OM dit instituut toegang kan krijgen tot relevante overheidsinstanties om te kunnen vaststellen dat de vermeende 71 slachtoffers op geldig verstrekte visa vanuit Suriname naar het Schengengebied zijn vertrokken. “Wij kregen ook medewerking van de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, die de identiteitsgegevens van de 71 personen heeft opgevraagd”, houdt Naarendorp de krant voor.
Hij hoopt dat de Buza-ministers van Suriname en Nederland informatie uitwisselen die zal leiden tot waarheidsvinding. Hij stelt dat op instructie van Den Haag de Nederlandse ambassade in Paramaribo en de marechaussee de identiteitsgegevens van de vermeende slachtoffers, de aan hen verstrekte visa en de legitimiteit van hun binnenkomst in Nederland zouden kunnen onderzoeken en vaststellen. “Want smokkel van deze personen werd niet bij binnenkomst op Schiphol vastgesteld”, aldus Naarendorp.
Ongrondwettelijke handelingen
Hij voert aan dat de namen van de vermeende slachtoffers door een viertal officieren van de federale politie van Antwerpen uit de administratie van de reisorganisatie zijn gehaald. De veroordeelden hadden het bewijs dat zij en de twee Nederlandse vrouwen werden afgeperst nodig om vrijgepleit te kunnen worden van de “valse beschuldiging van mensensmokkel”.
Naarendorp haalt aan dat de federale politie heeft opgegeven dat het bewijs van afpersing in ongerede zou zijn geraakt. Dit heeft in het nadeel van de beklaagden gewerkt, waardoor zij, naar verluidt, het vonnis niet in hun voordeel konden krijgen. “De procureur-generaal vroeg de officieren naar het bewijs van de afpersing, maar kreeg als reactie dat het bewijs dat op een harde schijf was opgeslagen, beschadigd, vernietigd en verdwenen is. Schandalige ongrondwettelijke handelingen van deze vier officieren, maar rechtvaardigheid zal overwinnen”, aldus Naarendorp.
Een positieve reactie op hun verzoek, gevolgd door onderzoek, kan volgens hem bewijzen dat de vermeende slachtoffers zijn misbruikt door de officieren en federale politie van Antwerpen om hun blunders tijdens het strafrechtelijk onderzoek te verdoezelen. “Ze hebben ook de onderzoeksrechter, die verantwoordelijk was voor het gerechtelijk onderzoek, misleid met een valse tip en melding van mensensmokkel, om machtigingen te kunnen krijgen voor toegang tot federale overheidskanalen”, stelt hij.
In de steek gelaten
Hoewel de broers ingenomen zijn dat Bibis hun zaak nu heeft opgepakt, zijn ze misnoegd over uitspraken van Surinames ambassadeur in België, Gilbert van Lierop. In een interview met de Ware Tijd zei de ambassadeur onlangs dat de Surinaamse ambassade in Brussel veel te maken krijgt met mensen die zijn opgelicht door organisaties die zich voordoen als instanties die burgers willen helpen zich in België te vestigen.
Hij gaf aan dat de huidige situatie mensen niet ertoe mag brengen om uit wanhoop grote sommen geld aan oplichters te geven. “Ga niet in op oproepen van mensen die geld vragen om je te helpen je in België te vestigen; het is oplichting. Mensen worden hierheen gebracht onder valse voorwaarden”, waarschuwde Van Lierop.
De uitspraken van de diplomaat doen de internationale reputatie van Suriname niet goed, meent Naarendorp. Ook zegt hij tijdens zijn detentie in België geen goede ervaring te hebben gehad met de ambassade. Hij roept Van Lierop op landgenoten niet zo in het openbaar “neer te halen voor hun daden door hun tekortkomingen, vooral als je als ambassadeur geen of nauwelijks hulpverlening hebt toegepast”.
Van de ambassade in België hebben de broers geen ondersteuning gekregen nadat ze in de problemen waren geraakt, zegt hij. Er zijn verschillende brieven naar Van Lierop gestuurd en er was ook e-mailcontact. Ondanks toezeggingen hen te zullen bezoeken, heeft de Surinaamse vertegenwoordiger dat nooit gedaan, zegt Naarendorp.
De publieke uitspraken over landgenoten kunnen Suriname oninteressant maken voor buitenlandse investeerders, vindt hij. “Wij hebben ook investeerders die de kranten van Suriname op de voet volgen om te weten als hun investering veilig is”, aldus de ondernemer.