Kanhai: “Het kan nog tien jaar duren; gemiddelde wachttijd hoger beroep is zes jaar”

Advocaat Kanhai staat na de veroordeling van zijn cliënt Desi Bouterse journalisten te woord. Foto: Suriname Herald
Shoeket logo

Bron: Suriname Herald

30 November 2019 00:00

Voor mij lezen

Advocaat Irvin Kanhai geeft tegenover journalisten aan dat zijn cliënt Desi Bouterse op vrije voeten blijft, totdat het beroep is afgehandeld. Dat kan nogal wat tijd in beslag nemen, is de raadsman van oordeel. Het kan naar zijn zeggen zelfs tien jaar duren. Hij legt uit dat de gemiddelde wachttijd voor mensen die de gevangenis in moeten zes jaar is wanneer het gaat om hoger beroep.

Maandag gaat Kanhai in verzet tegen het vonnis dat vrijdag door de krijgsraad is uitgesproken, waarbij hoofdverdachte Bouterse in het 8-decemberstrafproces, is veroordeeld tot twintig jaar gevangenisstraf. De gevangenneming is niet gelast in deze zaak.

Kanhai zegt dat hij de rechtsmiddelen zal aanwenden die de wet biedt. Hij legt uit dat hij nog twee rechtsmiddelen heeft, te weten verzet aantekenen en in hoger beroep gaan. “Ik ga beide middelen gebruiken, dat verwacht u toch van mij,” zegt hij.

Zelf is hij niet verbaasd over het vonnis dat is uitgesproken, want de president van de krijgsraad, Cynthia Valstein-Montnor, heeft volgens hem een aantal getuigenverklaringen niet genoemd waaronder die van Petrus van Haperen, Henry Armand Venoaks en Ivan Graanoogst. Volgens hem zijn hun verklaringen genegeerd.

Kanhai gaat alle rechtsmiddelen aanwenden die de wet biedt. Foto: Suriname Herald

Hij is ook niet eens met de uitleg van de president van de krijgsraad dat het Monthly Earning assessment for Latin America-rapport van 29 juli 1982 geen ondersteuning biedt. Het is volgens hem een analyse van de CIA-pogingen om Bouterse ten val te brengen. Kanhai vindt het een leugen dat het geen ondersteuning biedt, omdat Graanoogst en Van Haperen het juist zeggen in hun verhoor dat in het rapport is vervat.

Hij voert aan dat gesteld wordt dat hij misbruik heeft gemaakt van de rechtsmiddelen die de wetgever hem geeft. Ook zegt hij dat het de krijgsraad is die vier jaar lang nodig had om te onderzoeken of er sprake zou zijn van schending van een fundamenteel recht. “Dat wordt de verdachte verweten,” zegt hij en voegt er meteen aan toe dat de krijgsraad de zaak van 2012 tot 2016 heeft geschorst.

De krijgsraad vrijdag tijdens de zitting. Foto: Suriname Herald

De raadsman is van oordeel dat het hier gaat om een politiek vonnis vanaf het begin. Dat is volgens hem tevens de reden waarom de Nederlandse regering het besluit heeft genomen om “staatsgevoelige archieven” voor maar liefst zestig jaar als gesloten en opgeborgen te verklaren. “De Nederlanders weten precies wat in 1982 is gebeurd,” aldus Kanhai.

Vishmohanie Thomas

Bekijkt origineel bericht ⇒

Meer actueel