Laat mij u alvast geruststellen dat dit nieuwe abjecte normaal niks met COVID-19 te maken heeft. Anders is het gesteld met NDP’ers die worden verdacht van onrechtmatig handelen. In hun beleving zijn NDP’ers übermenschen. Voor hen gelden wet en recht alleen voor het klootjesvolk dat van dag op dag moet zien te overleven. Zij wanen zich vrijgesteld van elke vorm van vervolging en reageren dan ook als door een waswasi gestoken: “Hoe durf je mij aan te spreken op mijn gedrag.â€
Neem Gillmore H., verdachte in de bankiersfraudezaak bij de Centrale Bank. Iedere NDP'er, of die nou kennis draagt van wet en recht of helemaal geen kennis heeft van bankwetten, vindt dat Gillmore correct heeft gehandeld. Zou ik als NDP'er misschien ook geroepen hebben. Maar ik zou mij tegelijk ook achter de oren krabben en afvragen van welke planeet Gillmore dan wel afkomstig is. Misschien dat juist daarin de aard van het beestje schuilt, dat de Bankwet niet voor hem geldt maar wel voor Robert van T.
Hoe bestaat het een Bankwet selectief toe te passen. Alleen op übermenschen als NDP'ers is deze wet niet van toepassing, als ik de geluiden zo hoor. Gillmore heeft zijn vrienden bij internationale financiële instellingen voor zich weten te winnen om Suriname steeds meer geld te lenen voor het dempen van de bodemloze put. Daar is toch niks mis mee, denken ze bij de NDP. De onafhankelijke rechter mag hem niet veroordelen. Gillmore moet juist om zijn nationale houding de Ere Orde van de Gele Ster opgespeld krijgen.
Gillmore is een Robin Hood die allerlei listige plannetjes bedenkt om rijke internationale financiers geld af te troggelen om dat vervolgens in goedkope pakketten als aalmoes te geven. Zo'n man is toch niet verkeerd bezig. Om hun onvoorwaardelijke steun te betuigen zijn NDP'ers bereid kogels voor hem op te vangen. Ik parafraseer Cliff Limburg, hoofdpropagandist van de NDP, als die zich opwindt over de vraag: wie durft Gillmore Hoefdraad, de minister van Financiën, op te sluiten?
Deze agressieve houding naar de onafhankelijke rechterlijke macht toe roept herinneringen op. Begin dit jaar kwamen NDP'ers massaal op de been om hun partijvoorzitter moreel bij te staan voor de Krijgsraad. Moord op vijftien ongewapende burgers is niet te rechtvaardigen maar de NDP-massa heeft daar geen boodschap aan. In de Grondwet van 1987 hadden militairen een voorhoederol weten te bemachtigen. In die rol pleegden zij de telefooncoup van 1990. Die rol hadden figuren als de huidige president en Ivan Graanoogst zich toebedeeld.
Ik zie bevelhebber Robert Kartodikromo deze rol niet op zich nemen onder de huidige omstandigheden. In een zichzelf respecterende samenleving is het leger ondergeschikt aan de democratisch gekozen regering. Het leger is er niet voor privédoeleinden maar om de soevereiniteit van het land te bewaken tegen buitenlandse indringers. Maar daar is het leger nou net niet goed genoeg voor uitgerust. De nu beperkte middelen zijn inzet van angst tegen de eigen burgers.
Het moment dat zij zichzelf voor de zoveelste keer weer in een hoek hebben weten te werken, wordt gedreigd met uit de weg ruimen van degene die ze een spiegel voorhoudt. Naarmate de tijd vordert en het recht hun pad doorkruist, stapelen de onrechtmatigheden zich op. Zeven jaar lang konden zij zonder Grondwet hun gang gaan. Onschuldige burgers verdwenen of werden gedood, gevangen genomen militairen werden door een krijgsraad te velde tot de dood veroordeeld. En onlangs was er weer zo'n poging tot moord op de militair Rodney Cairo.
De huidige regeerders hebben geen enkele voor hun onaangename zaak aan de onafhankelijke rechter voor te leggen. Zij zijn zich op voorhand van bewust dat hun zaak niet met de mantel der liefde door Vrouwe Justitia zal worden bedekt dus wordt de angst uit de jaren tachtig wederom nieuw leven ingeblazen. Alleen op die manier kunnen zij overleven. Het land en de mensen van wie zij zeggen dat die hen dierbaar zijn, helpen zij verder de verdoemenis in. Dat is niet het nieuwe normaal, dat is abject en abnormaal.